strictly cars with character

Rolls-Royce Phantom Series II: eenzaam en alleen

25 november 2013
Meestal verwijst hij persuitnodigingen om te rijden met gefacelifte auto’s wegens tijdgebrek naar de prullenbak. Ineens echter, toog Carlo Brantsen richting Frankrijk om daar kennis te maken met de Rolls-Royce Phantom ‘Series II’. “Ja, maar hierbij gaat het niet om een facelift, maar om een upgrade”, meldde hij monter alvorens zijn intrek te nemen in een prettige uitspanning aan de Côte d’Azur. Rolls-Royce biedt zijn gasten tijdens persintroducties doorgaans iets, eh, extra’s. Uit angst dat het onderbetaalde journaille in zijn artikelen gaat melden dat een Phantom hetzelfde kost als, noem eens wat, een huis, pleegt de firma zijn gasten tijdens zulke gelegenheden even onder te dompelen in ‘De Wereld Van De Rolls-Royce Eigenaar’. Inderdaad, van de man die naast zijn Roller(s) al een stuk of acht andere auto’s heeft, meerdere huizen en boten bezit, die een stuk of wat Breguet-uurwerken op z’n nachtkastje heeft liggen en die ’s avonds achteloos nog een tonnetje wegzet in het casino. “Iemand die de prijs van onze producten vergelijkt met die van een huis, die snapt ons merk gewoon niet”, stelt CEO Torsten Müller-Ötvös onomwonden. Hij is de enige van het management die zich dagelijks per Rolls-Royce verplaatst. De rest van de bobo’s rijdt in moederconcernmatige en bijtellingsvriendelijkere BMW’s. ‘Beautiful people’ Hij pást hier, aan de Côte d’Azur, ‘onze’ in two-tone Midnight Sapphire / Jubilee Silver gespoten Phantom Series II. Het zo mooi passende decor is Hotel Cap Estel, dat als een verborgen oase tussen enerzijds het Monaco van Grace Kelly en anderzijds het St.-Tropez van Brigitte Bardot ligt. Beide dames maakten de Côte d’Azur tot wat het nu is: een natuurlijke habitat van rijkdom, adel, filmsterren, van beautiful people. Hier horen de Phantom en de fractioneel kleinere Ghost thuis, voor dit soort oorden worden de überchique Britten gebouwd. Overigens nog steeds in belangrijke mate handmatig, óók na de overname van het merk door BMW. Het vakmanschap-is-meesterschap-idee blijkt ook uit het feit dat de sierbiesjes op de flanken van de Phantom nog steeds geschilderd worden. Met verf die komt van een heel klein fabriekje in Zuid-Duitsland. En met penselen die vermoedelijk gemaakt zijn van de haren van een of andere beschermde diersoort, omdat dat nou eenmaal beter is dan een ordinaire fabriekskwast. Natuurlijk kan dat, zeker vanuit het efficiënt ingestelde München bezien, ook met een rolletje tape, maar je zou net zo goed kunnen voorstellen dat het Amstel Hotel Iglo-diners gaat serveren. Een Rolls bouwen gebeurt door mensen die daar gemiddeld 450 uur voor nodig hebben. Achttraps automaat We dwalen af. Dat is ook het risico als je aan dit soort persreizen deelneemt: niks is standaard in de wereld van de Rolls-Royce-eigenaar. Want natuurlijk is het ’t meest praktisch om voor het diner met een paar Rollsen in tien minuten naar restaurant A’trego in Monaco te rijden. Maar veel geestiger is het om diezelfde Rollsen eerst tien minuten de andere kant op te sturen, daar over te stappen in Zweedse JCraft boten, om vervolgens met 49 knopen – 90 km/h - richting het bewuste Philippe Starck-restaurant te klapperen. Overigens: die boten, qua vermogen oplopend tot 1.200 pk, doen met alles d’r op en d’r aan 1,5 miljoen euro. Waarmee meteen de prijs van een Phantom Series II in perspectief is gezet, want die mag weg voor pakweg de helft. Inclusief humidor en drie Cohiba’s in het dashboardkastje. Voelt u ‘t al een beetje, dat leven van die Rolls-Royce-eigenaar? Genoeg geneuzel. Over naar het doel van onze trip: de auto, of zoals Rolls-Royce het liever zegt, the motor car. Simpel gezegd komt de toevoeging ‘Series II’ erop neer dat de in 2003 gelanceerde Phantom-reeks – Saloon, verlengde Saloon, Drophead Coupé en Drophead Convertible – over alle nouveautés beschikt die de later geïntroduceerde Rolls-Royce Ghost al meteen meekreeg. En die beschikt op zijn beurt weer over alle lekkernijen die moederconcern BMW in zijn 7 Serie stopt. Veruit de meest belangrijke modificatie aan de bijna zes meter lange en 2,6 ton zware Phantom is de achttraps automaat, die de auto zo’n tien procent zuiniger maakt. Daarmee zakte de CO2-uitstoot naar 347 g/km. Overigens nog altijd fors, maar het helpt wel weer een beetje mee om de uitstootgerelateerde slurptax te verminderen. Vandaar ook dat de consumentenprijs van de Series II-versie “niet noemenswaardig” stijgt. Reken dus op een héél ruime vijf ton voor een basis-Phantom, overigens een auto zoals niemand die pleegt te kopen. Ook bij de kersverse distributeur voor Nederland, CITO in Eindhoven, zal er zelden een exemplaar het pand verlaten dat minder dan 600.000 euro heeft gekost. Meesterhand Afgezien van de nieuwe automatische transmissie vormen de opgestrakte bumpers, de iets gewijzigde raamomlijstingen opzij, het grotere satnav-display en de nieuwe, rechthoekige led-koplampen (de ronde exemplaren zijn verdwenen) de belangrijkste Series II-kenmerken. Bij de facelift – eh sorry, upgrade – ging hoofddesigner Ian Cameron Brits-subtiel te werk, want het mocht natuurlijk niet gebeuren dat de eerste generatie Phantom op slag verouderd zou raken. Het lukte de sympathieke Cameron om de majestueuze Phantom mooier en eleganter te maken, zonder dat je meteen ziet waar ‘m dat nou precies in zit. De hand van de ware meester. Ach ja, het rijden. Moeten we daar überhaupt nog woorden aan vuil maken? Phantoms rijden goddelijk, sluiten zich als een cocon om de inzittenden heen zodat zij volledig worden afgesloten van de buitenwereld, zijn onvoorstelbaar veel sneller dan het uiterlijk doet vermoeden en doen hun werk muis- en muisstil. Wat dit alles betreft is er niets dat zelfs maar bij een Phantom in de buurt komt: eenzaam en alleen regeert hij zijn klasse, helemaal sinds het Teutoonse merk Maybach na een lange lijdensweg eindelijk de nek werd omgedraaid . Maar gáát het daarom bij een Rolls, om die perfectie? Want laten we eerlijk zijn, die mág je ook verwachten als er zulke tarieven worden gehanteerd. Belangrijker, veel belangrijker is dat een Rolls-Royce Phantom álle andere automobielen, hoe exotisch ook, genadeloos naar het tweede plan verwijst. Anders gezegd: al rijd je in iets héél duurs en iets héél zeldzaams, du moment dat de neus van een Phantom in zicht schuift kun je maar beter stilletjes de aftocht blazen. Tekst: Carlo Brantsen
Rolls-Royce Phantom Series II
Motor 6,75 liter direct ingespoten V12
Vermogen 460 pk/338 kW bij 5.350 tpm
Koppel 720 Nm bij 3.500 tpm
Transmissie Achttraps automaat
L x b x h in cm 584 x 199 x 164
Gewicht in kg 2.560
0-100 km/h in sec. 5,9
Top in km/h 240
Prijzen in euro
Phantom Saloon Series II: 519.653
Phantom Saloon LWB Series II: n.n.b.
Phantom Drophead Coupé Series II: 552.334
Phantom Drophead Convertible Series II: 570.887

Volg @CARROS.CARSMAGAZINE voor de vetste auto content, nieuwtjes en meer