strictly cars with character

Renault Alpine V6 Turbo 1986: binnenslaper

21 oktober 2014
‘Alpine’: de associatie met de schoonheid en gevaren van het hooggebergte. Bij uitstek te bedwingen met juist zo’n auto. Een merkwaarde, zo heel anders – verhevener – dan al het andere. Juist daarom heb je nu, zoveel jaren later, zin in zo’n auto. Met name zo’n V6 Turbo is wat je zoekt. En vindt. Krakend gaat de Renault Alpine V6 Turbo over de grachtjes. Het is het geluid van werkend polyester, ruim veertig afzonderlijke panelen, gelijmd en aangebout op een stalen chassisconstructie. Ondanks het vervaarlijke imago van deze sportauto, met zijn achter de achteraslijn liggende, geblazen V6, blijkt de auto kinderlijk gemakkelijk rijdbaar. Met twintig à dertig in drie of zelfs vier gaat het door de drukte van de binnenstad. Gemakkelijk sturend, warempel prettig verend, en het motorgeluid van sonore tevredenheid. Al kwamen we daar niet voor.

Porsche-killer

De Renault Alpine V6, ontworpen door Robert Opron (die ook de Citroëns GS, SM en CX, en Renaults Fuego en ‘25’ tekende) debuteerde op de Nederlandse AutoRAI van 1985 en was met zijn gestrekte laagte en breedte een sensatie. Hij was de opvolger van de gedrongen Alpine A310, die weer een nazaat was van de om zijn rallysuccessen wereldberoemde Alpine A110 Berlinetta. De onderhavige V6 Turbo-uitvoering verscheen een jaar later, was met een verkoopprijs van vierennegentigduizend guldens twaalf mille duurder, maar daarvoor kreeg je wel een Garrett-turbocompressor, elektronische benzine-injectie, andere schokbrekers, wielen met turboschoepen-design en vooral: 40 paarden extra. De auto was er een ‘Porsche-killer’ door geworden en nestelde zich mede vanwege zijn catalogusprijs als vanzelfsprekend tussen de supercars.

Vergeten racetempel

Deze te koop staande Renault Alpine V6 Turbo behoort toe aan een – ruimschoots gepensioneerde – bekende uit de ‘oude’ Nederlandse autosport, wiens huis een inpandige garage bezit die een vergeten racetempel lijkt. In schemerlicht alle soorten raceonderdelen, kasten met literatuur, overwinningsbekers en -bekertjes, en aan de muren zwartwitfoto’s waarop we de man zien racen in AC’s, Lotussen en Formule-auto’s. Maar vooral zien we, bijna absurd laag naast een rennfähige race-DKW Junior, de vetglanzende Renault Alpine V6 Turbo waarvoor wij zijn gekomen! Die magische eerste seconden het dierlijke monsteren van wat je eigenlijk ziet. En voelt. Dat uiterlijk, de ‘stand’ van het geheel, het geluid wanneer je een portier opent, de geur om de auto heen, maar vooral binnenin. Komt het overeen met wat het zo’n beetje hoort te zijn? Voor wat je ermee wilt? Kortom: is het wat?

Vijfcijferige factuur

Zeker in het geval van een Renault Alpine is de overweging ‘of het wat is’ van belang. Want ondanks de toepassing van techniek uit de grote serie van massaproducent Renault was de manier waaróp zelden volgens de oorspronkelijke inbouwprincipes. Niet fout, niet slecht, maar ánders. Technische compromissen. En daarmee vatbaarheid voor problemen. Lees: een motor, bedoeld voor inbouw voor in een limousine juist achterin een coupé bouwen. Een complexe, dubbele, maar nog steeds onderbemeten koeling. Ruitenwisser- en raammotortjes met atypische omkeermechanismen. Schakelstangen naar een nu achterin geplaatste versnellingsbak. Gevoelige elektronica door propperige inbouw (vochtophoping!). En dat strekt zich zo door de hele auto uit. Ook de polyester carrosserie vormde een intrinsieke probleembron. Robuust gemaakt, dat zeker, maar een regelmatig inspecteren op passingen en afdichtingen (lekkages, met name rond voor- en achterruit) was en is even gewoon als belangrijk. Om over eventueel ‘kundig-correct’ schadeherstel nog niet te spreken. Daarom is het ook zo fijn dat ‘onze’ auto vanaf zijn allereerste kilometer gedocumenteerd blijkt te zijn. En voluit vertroeteld. Met zelfs één factuur die een guldenbedrag van vijf cijfers toont. Leed dat dus – gelukkig – reeds geleden is. De auto is door zijn huidige, tweede eigenaar in 2006 bij een Belgische Renault-dealer gekocht, waar hij met 141.000 kilometers op de klok was ingeruild door een meneer, een medicus, die de auto al die jaren in bezit heeft gehad. Dat de Alpine nu, zes jaren later, met 145.000 kilometers op de klok weer wordt aangeboden, verraadt de reden van verkoop: zijn huidige eigenaar rijdt er domweg nauwelijks mee. Hij en zijn echtgenote zitten ook al vanwege hun leeftijd liever in hun ‘gewone’ auto. Verkoop aan de deur waagt men zich niet aan; de Renault zal via de dealer verkocht worden.

Klassieke sensatie

We zitten na een korte snelwegrit op een bochtige dijkweg, waar wij de stuur- en wegliggingeigenschappen van de Renault Alpine V6 Turbo beter kunnen invoelen. Op de snelweg hebben we een paar maal hard doorgeaccelereerd, en onder het fraaie huilen van de PRV-motor (Peugeot/Renault/Volvo), kregen we al een heuse sportkick. Juist ook vanwege dat daarbij schijnbare ingraven van de achterzijde bij het juist lichter worden van de voorzijde. Natuurlijk is een vermogen van 200 pk’s uit een geblazen zescilinder tegenwoordig weinig spectaculair, maar dat de paarden dankzij die ouderwets grote turbo er pas laat en relatief hard inkomen maakt de zaak weldegelijk sensationeel. Temeer daar je die krachten helemaal zelf mag besturen en pareren vanwege nul assisterende, corrigerende dan wel castrerende elektronica. Tijdens bochtenwerk ondergaan we de dus een bijna klassieke sensatie van mechanische techniek en de bewegingen daarvan. De Alpine duikt, rolt en helt dus wel degelijk, zij het ‘des sportwagens stevig’. Duidelijk is ook voelbaar dat er qua onderstel intussen niets moe of versleten is. En ook de motor en de transmissie houden zich prima. Onderstuur met die lege neus? Natuurlijk. Kwestie van met weinig of geen gas de bocht in, doorronden, en pas daarna op het gas. Overstuur met dat blok achterin? Uiteraard ook! Halverwege de bocht gas-los overstuurd en de achterkant komt prachtig om. Opvangen, bijsturen, bijgassen. En door! ‘Klassieke sensatie’, weet u nog? ‘Lef’ mag ook. Vergt het ook lef om deze Renault Alpine V6 Turbo te kopen? Een vraagprijs van vrijwel elf mille past je of past je niet. En een vergelijk met andere exemplaren gaat in dit uitzonderlijke geval ook nauwelijks op. De auto belooft jarenlange bezittertrots en rijplezier. Dus nee: gewoon doen! Tekst: David Bakels Fotografie: Klaas-Jan Timmerman
Renault Alpine V6 Turbo 1986
Motor 2,5 liter V6 met turbo, in lengterichting achterin
Vermogen 200 pk bij 5.750 tpm,
Koppel 290 Nm bij 2.500 tpm
Transmissie: Achterin geplaatste, handgeschakelde vijfbak, achterwielaandrijving
L x b x h in cm 433 x 175 x 120
Gewicht in kg 1.180
0-100 in sec 7 (fabr.opg.)
Top in km/h 250
Nieuwprijs 1986 in guldens 94.000
Huidige vraagprijs in euro 10.995

Volg @CARROS.CARSMAGAZINE voor de vetste auto content, nieuwtjes en meer