De Volvo S60 en V60 Polestar kennen we als potente zescilinders met vermogens van 350 pk. Nu gaan diens opvolgers op de viercilinder-toer. Als dat maar goed gaat.
Zo’n Volvo S60 of V60 in Polestar-blauw heeft wel wat. De signaalkleur in combinatie met Polestar-uitmonstering – onder meer speciale velgen en een subtiel honinggraat-motiefje in een iets dikkere bumperpartij – geeft hem net dat stoutmoedige karakter dat nodig is. En dankzij de gelimiteerde oplage – Nederland kreeg er de vorige keer 50 - behoor je tot een select gezelschap.
Viercilinder
Dat de tweede generatie er dit jaar aankomt, stemt dus tevreden. Maar dan volgt direct het nieuws dat het dit keer om een viercilindertje gaat. Is het gedaan met de pret? Integendeel. De S60 en V60 Polestar krijgen ondanks de afgenomen cilinderinhoud er 17 pk bij. En bovendien zijn ze 24 kilo afgeslankt. In eerste instantie is dat voordelig voor de CO2-uitstoot en het gemiddelde verbruik; want dat lijkt de voornaamste reden waarom er voor een viercilinder is gekozen. Van ongeveer 1 op 10, duiken de Polestars nu naar 7,8 l/100 km. De CO2-uitstoot daalt van 231 gram per kilometer naar 179 gram, wat prettig voor de BPM is. En natuurlijk voor het milieu, maar daar koop je deze auto niet voor.
Sneller
Door de pk-toename en de gewichtsafname sprinten de S60 en V60 Polestar in 4,7 seconden van de nul naar de honderd. Voorheen was dat respectievelijk twee en drie tienden langzamer. De topsnelheid is 250 km/h, omdat daar de begrenzer ingrijpt. Er zullen 1.500 Polestars gebouwd worden en dat is een verdubbeling ten opzichte van vorige generatie. Of dat betekent dat Nederland er ditmaal honderd toegewezen krijgt, is nog niet bekend. Evenmin zijn prijs.