strictly cars with character

Alpine A110: Reuzendoder

8 februari 2018
Alpine is terug. Het merk van de nietige reuzendoders van weleer heeft opnieuw een lichte, beweeglijke en snelle coupé op de markt gebracht. Een auto die qua concept eigenlijk nergens op lijkt, behalve op zijn voorganger uit de jaren zestig. De A110 is een revelatie. De Alpine A110 voelde aanvankelijk een beetje als een rijdende retro-gadget. Dat het met veel spektakel aangekondigde model uitdraaide op een olifantsdracht, zorgde er wel voor dat het spannende er na verloop van tijd een beetje vanaf was. In 2014 zagen we al een conceptversie van de sportauto, maar de techniek liet langer op zich wachten. Maar goed, er is al 22 jaar geen enkele auto onder deze merknaam geproduceerd. Desondanks bleef Renault eigenaar en staat de naam Alpine nog altijd trots op de gevel van de fabriek in het Normandische Dieppe. Sinds 1969 zijn alle Alpines daar gemaakt en ook de nieuwe A110 komt daar weer tot stand.

Touwtje

Wanneer we echter met drie glimmende Alpines als aan een touwtje door het achterland van Marseille rijden, beginnen we het allemaal te snappen. Omstanders kijken met open mond toe, trots en tegelijk vertederd door de herinnering aan de lieflijke A110 uit de jaren zestig en zeventig. Duimen worden massaal opgestoken, automobilisten vergeten voorrang te nemen en senioren rechten hun rug bij de aanblik van het overbekende silhouet, dat is gespoten in de Franse racekleur. Eindelijk heeft het land een concurrent voor de Lotus Elise en de Porsche Cayman. Eindelijk kunnen autoliefhebbers weer terecht in Dieppe, alwaar het merk onder leiding van Renault in het verleden tot grootse prestaties kwam.

Stadsvlo

De originele A110 was een soort ‘stadsvlo on steroids’. Een nietig sportautootje met aanvankelijk een motortje van 1.100 cm3, dat zich gaandeweg ontpopte als reuzendoder in de rallywereld. De bekendste overwinning was die in de Rally van Monte Carlo in 1971, met als bestuurder de Zweed Ove Andersson. Maar daar bleef het niet bij. Nadat Renault Alpine volledig had overgenomen, schreef het de auto in voor het Wereldkampioenschap Rally. De A110 was in 1973 de eerste auto die het Wereldkampioenschap won. Dat was mede te danken aan de grotendeels glasvezel carrosserie en de uitstekende pk-gewichtsverhouding.

Aluminium

Anno 2018 is de nieuwe A110 gebaseerd op hetzelfde principe. Het gewicht is beperkt tot 1.080 kilo dankzij de volledig uit aluminium vervaardigde carrosserie. En alle kleine beetjes helpen. De geluidsinstallatie van Focal bijvoorbeeld, weegt inclusief luidsprekers zes kilo minder dan gebruikelijk. Brembo heeft met de aluminium remklauwen met geïntegreerde automatische handrem ruim acht kilo bespaard. Sabelt leverde kuipstoelen die per stuk slechts 13 kilo wegen – minder dan de helft van de exemplaren in de Mégane RS. Ook de Otto Fuchs-wielen zijn extreem licht. En het minimalistische interieur is opgebouwd uit onder meer aluminium, nappaleder en koolstofvezel. Gelukkig is de Renault-sfeer hier ver te zoeken, afgezien van een paar knoppen en het irritante geluidje van de Renault-clignoteur.

Middenmotor

Gebleven zijn de kenmerkende lijnen en details van de oer-A110 uit 1963: het front met dubbele koplampen, de naam Alpine in losse lettertjes en de nerven die over de neus lopen. Aan de zijkant verwijst de karakteristieke belijning naar de tijd dat de koellucht via roosters net voor de achterwielen de motorruimte in werd geleid. De bolle achterruit is ook typisch A110, net als het korte klepje. Daar zat vroeger de motor onder, maar die is in deze nieuwe oplage verhuisd naar een plek net vóór de achteras. De middenmotor levert een veel betere gewichtsverdeling op. Staartlastig kun je de Alpine nu niet meer noemen, ondanks dat 56 procent van het gewicht op de achteras leunt.

Diffusor

Voor de aandrijving zorgt een splinternieuwe 1,8-liter turbomotor. De ingenieurs van Alpine hebben samen met hun collega's van Renault Sport het blok voorzien van een eigen inlaatspruitstuk, turbo, uitlaatsysteem en motormanagement. De viercilinder is daarmee goed voor 185 kW (252 pk) en 320 Nm. Menige hot hatch heeft meer vermogen. De motor is gekoppeld aan een zeventrapsautomaat met dubbele koppeling van Getrag. De overbrengingsverhoudingen en transmissiesoftware zijn specifiek voor de Alpine aangepast. Daarmee en dankzij het lage gewicht sprint de Alpine in slechts 4,5 seconden naar 100 km/h. De topsnelheid is begrensd op 250 km/h. De A110 heeft dankzij de vlakke onderkant en functionele diffusor geen ontwerptechnisch onhandige spoilers nodig.

Voltreffer

Het recept is een voltreffer. De auto stuurt zeer direct en gaat op plezierige wijze door de bochten. Een auto die vlak blijft, voelt wellicht nog sportiever aan, maar is ook gevaarlijker in het zogeheten grensbereik. De gunstige gewichtsverdeling dankzij de middenmotor zorgt ervoor dat de auto in de bochten nauwelijks van de wijs te brengen is. Zijn voorganger stond al bij de geringste lastwissel dwars op de weg, maar als je wilt, kun je in de nieuwe A110 halverwege de bocht van je gas af zonder dat je eindigt in het struweel. De neutraliteit is niet alleen het gevolg van de magie van de middenmotor. Torque vectoring – elektronische remingrepen om de auto in het gareel te houden – draait namelijk overuren op bochtige bergweggetjes. Met als gevolg dat oververhitting van de remmen op de loer ligt. Tijdens een snel stuk bergop begon een remklauw rechtsvoor te roken en op het circuit voelden de remmen na een paar rondjes niet erg vertrouwenwekkend meer aan. Een mechanisch sperdifferentieel zou hier op zijn plaats zijn.

1.050 kilogram

Aan de auto zelf ligt het niet. Waarschijnlijk kun je het een hoop sportauto’s uit hogere segmenten zeer lastig maken op een gemiddelde Alpenpas. Maar dat wil niet zeggen dat de Alpine een onbezorgde toekomst wacht. Want voor het bedrag van een rijk uitgeruste Alpine koop je ook een kale Cayman en dat is toch een iets volwassener aanvoelende auto. Een sportautomerk uit zijn as laten herrijzen is bovendien niet gemakkelijk. Het is daarom voor Alpine te hopen dat het merk snel credibility opbouwt. Bijvoorbeeld door te gaan racen met de Alpine. Dat zien ze bij Alpine zelf óók in, vandaar dat het een merkencompetitie opzet in Europa. De coureurs rijden allemaal met een A110 Cup, met een motor van 270 pk, in een auto met een gewicht van 1.050 kilogram.

Uitverkocht

Wat nog beter zou helpen, is een extreme uitvoering van de A110. Met meer vermogen, een agressiever uiterlijk en nog meer rally-elementen. Desnoods alleen voor liefhebbers, in een gelimiteerde oplage en tegen een veel hogere prijs. Ze worden sowieso verkocht én zorgen en passant voor een beter imago voor de standaard A110. Tot die tijd moeten we het doen met de 67.500 euro kostende uitvoering Première Edition. Deze in een oplage van 1.955 gebouwde variant – een verwijzing naar het oprichtingsjaar van Alpine – is reeds uitverkocht. De reguliere uitvoeringen, met namen als Pure en Legende, gaan circa 62.000 euro kosten.

Alpine A110

Motor Viercilinder turbomotor, 16 kleppen, 185 kW (252 pk) bij 6.000 tpm, 600 Nm bij 2.000-5.000 tpm Transmissie 7-trapsautomaat met dubbele koppeling, achterwielaandrijving L x B x H in cm 418 x 178 x 125 Wielbasis in cm 242 Gewicht in kg 1.103 0-100 in sec. 4,5 Top in km/u 250 (begrensd) Gem. verbr. in l/100 km 6,1 CO?-uitstoot in g/km 138 Prijs in euro v.a. 67.500 (Première Edition) Door: Erik Kouwenhoven

Volg @CARROS.CARSMAGAZINE voor de vetste auto content, nieuwtjes en meer