strictly cars with character

Column Mr. Albert S. Oegema: wanneer is een deal een deal?

30 augustus 2021

'Automotive’ advocaat Mr. Albert S. Oegema volgt dagelijks de ontwikkelingen rond mobiliteit en licht de juridische aspecten daarvan toe. In CARROS Magazine heeft hij zijn eigen column.

De essentie van goed zakendoen is dat er faire onderhandelingen zijn, er duidelijke afspraken worden gemaakt en dat partijen erop mogen rekenen dat de afspraken ook volledig worden nagekomen. Maar wanneer is een deal een deal en welke fasen zijn daarbij te onderscheiden?

Neem de aankoop van een auto. Na het doornemen van alle brochures en bezoekjes aan de autoboulevard is een eerste keuze gemaakt en volgt het aankoopproces. Dat begint met de uitwisseling van informatie en onderhandelingen, voorafgaand aan de (eventuele) totstandkoming van een overeenkomst. Wij noemen dat de ‘precontractuele fase’. Velen denken dat dit nog vrijblijvend is, maar dat ligt anders. In de precontractuele fase behoren partijen (koper en verkoper) te handelen naar eisen van redelijkheid en billijkheid: zij dienen rekening te houden met de gerechtvaardigde belangen van de andere partij(en).

Zo is het in bepaalde situaties voor een partij niet (meer) toegestaan om de contractonderhandelingen af te breken en daarmee af te zien van de besproken aankoop. Gebeurt dat wel, dan kan aansprakelijkheid voor schadevergoeding ontstaan. De zogenaamde precontractuele aansprakelijkheid. Kort gezegd gaat het om een vergoeding van schade (kosten), omdat een partij in een bepaalde fase de lopende onderhandelingen afbreekt, terwijl de andere partij op nakoming mocht rekenen. In juridische geschillen daarover was het Plas Valburg arrest lange tijd leidend; het ontstaan van precontractuele aansprakelijkheid werd daarin in drie ‘fasen’ verdeeld. In Fase 1 zijn de onderhandelingen alleen nog oriënterend, met mogelijk een vrijblijvende offerte tot gevolg. Ook een proefrit valt hieronder. Partijen zijn in deze fase in beginsel vrij om met een vriendelijk bedankje de showroom uit te lopen. Als er door de verkoper dan al tijd en kosten gemaakt zijn, dan kan naar redelijkheid worden gesteld dat dit bij de normale verkoopinspanningen hoort. In Fase 2 wordt het, naar de maatstaven van het Plas-Valburg arrest, anders. Er is dan sprake van gevorderde onderhandelingen, waarbij door een partij (meestal de verkopende) expliciet handelingen worden verricht of kosten worden gemaakt, gericht op de totstandkoming van de overeenkomst. Bijvoorbeeld het regelen dat het gewenste model, indien niet voorradig, toch beschikbaar wordt gemaakt, als een keuring/inspectie van de in te ruilen auto is gedaan, er werkzaamheden voor de (af)levering van de verkochte auto zijn uitgevoerd, et cetera. Daar kan iedereen zich wel wat bij voorstellen - er wordt naar een deal toegewerkt. In deze tweede fase kunnen partijen de onderhandelingen afbreken, maar dan zal de afbrekende partij de door de wederpartij gemaakte kosten moeten vergoeden. We hebben het dan over het negatief contractbelang.

Dan Fase 3. De fase waarin de onderhandelingen zó ver gevorderd zijn, dat partijen er op kunnen vertrouwen dat de overeenkomst tot stand gaat komen. Dat is in het geval van de aankoop van een auto uiteraard de getekende koopovereenkomst, maar een aankoop kan óók afgeleid worden uit bijvoorbeeld mailverkeer en bepaalde feitelijke handelingen, zoals werkzaamheden ten behoeve van de aflevering, het doen van een aanbetaling of het monteren van accessoires. In deze fase kunnen partijen de lopende (onder)handelingen in beginsel niet meer afbreken. De wederpartij kan dan vorderen dat de afbrekende partij verplicht wordt om door te onderhandelen en alsnog tot afronding te komen. En, als dat niet mogelijk is, kan zij alle gemaakte kosten en de gederfde winst vorderen (positief contractbelang).

Er is intussen wel wat veranderd in de 3-fasen indeling. In een eerder arrest heeft de Hoge Raad deze indeling, naar het lijkt, vervangen door een 2-fasen systeem. Hierbij lijkt eerder genoemde Fase 2, waarin alleen de gemaakte kosten dienen te worden vergoed, te zijn verdwenen. In beginsel staat het partijen vrij om de onderhandelingen op elk moment af te breken (Fase 1) zonder verplichting tot schadevergoeding. Echter, de verplichting tot vergoeding van kosten plus gederfde winst (Fase 3) ontstaat wél op het moment dat de wederpartij, naar redelijke opvatting, er op mocht vertrouwen dat de overeenkomst daadwerkelijk tot stand zou komen en het afbreken van de onderhandelingen daarom onaanvaardbaar zou zijn.

Ieder weldenkend persoon voelt wel aan wanneer ‘een deal een deal is’, maar als het erop aankomt, kan de zienswijze daarover nog wel eens verschillen en vervelende gevolgen hebben. Zoals altijd geldt dus: goed opletten en goed opschrijven.

Mr. Albert S. Oegema volgt dagelijks de ontwikkelingen rond mobiliteit en licht de juridische aspecten daarvan toe. Albert combineert zijn werk met een passie voor auto’s: voorafgaand aan de rechtenstudie doorliep hij het IVA (Instituut Voor de Autohandel in Driebergen). Hij is al jaren actief in diverse raceklassen en onderhoudt met toewijding een bescheiden collectie klassieke auto’s.

Volg @CARROS.CARSMAGAZINE voor de vetste auto content, nieuwtjes en meer