strictly cars with character

Jaguar XJ 5.0 versus Mercedes-Benz S500

7 november 2014
Een maar al te klassiek vergelijk. Het zou zo afkomstig kunnen zijn uit een autoblad van veertig jaar geleden. Toen Mercedes-Benz en Jaguar alleenheerser – uiteraard in de hiërarchie nog onder Rolls-Royce en Bentley – in het limousinesegment waren. Zoals een supercar mooi is door zijn laagte, zo zijn limousines dat door hun lengte. Jawel. Terwijl die nooit is bedoeld als schoonheidselement! Want het gaat immers om optimale accommodatie voor de achterin reizenden en werkenden. Een auto van aanzienlijke lengte lijkt permanent te glijden, te zoeven, te zweven, te vliégen. Dat heeft vooral de Jaguar XJ Long Wheelbase met zijn extra lengte van dertien en een halve centimeter over zich. In normale uitvoering bezit deze new XJ met zijn lang-lage, boogvormige en helemaal naar achteren doorlopende daklijn een soort coupé-uiterlijk (en zou ook heel goed in een fastback-verhaal hebben gepast), maar pas in deze verlengde uitvoering wordt de auto serieus mooi. In dat opzicht een anekdote: gedurende de testperiode werd de XJ bijna hilarisch vaak geconfronteerd met spontaan op ons toe lopende bewonderaars. Waarbij de Mercedes-Benz S500 Lang – dertien centimeter langer dan de reguliere S-klasse – ondanks massale en toch ook klassieke macht van die oude naam en traditie domweg geen blik waardig werd gegund. Of hooguit uit beleefdheid. Natuurlijk: in die kwalificaties schuilt ook een van de antwoorden. Want Mercedes is inderdaad ook een oud, traditierijk merk uit één en dezelfde fabriek, met een al meer dan honderd jaren zorgvuldig bewaakte eenvormigheid. Waardoor iedereen dus zo’n beetje gewend is aan zijn vormentaal. En dat is met Jaguar natuurlijk geenszins het geval. Wel die oude naam, ook hier lang – misschien té lang –eenzelfde vormentaal, maar het merk kijkt niet terug op een zorgeloos leven met steeds één en hetzelfde management. Er is heel veel met Jaguar gebeurd, vooral in zorgelijke vorm. Deze new XJ wil met zijn door Giles Taylor ontworpen spectaculaire carrosserie niet alleen het lichtend baken naar een nieuwe tijd zijn, maar is ook daadwerkelijk een echte slag in het gezicht van de noest en nijver doorontwikkelende concurrentie in Duitsland. Waarvan dus acte.

Bloemen en bloesems

Beide auto’s kwamen tot ons in absolute krijgsuitrusting. De Mercedes spant natuurlijk de kroon, met een nieuwe – primeur voor Nederland! – erg schone en naar verluidt zelfs zo ongeveer bloemen en bloesems uitwasemende BlueDIRECT 4,7 liter V8 biturbo, maar wel een juist bijna viezige hoeveelheid verwen- en luxeaccessoires ter waarde van een mille of zeventig (!). Terwijl de Jaguar in Portfolio-uitmonstering het vooral zoekt in extra gelooid – zacht – leer, anderskleurige zoompjes en naadjes daarin, natuurlijk ook erg zeldzaam hout uit de meest verre en bedreigde natuurgebieden, maar voorts een meer zinvolle hoeveelheid accessoires. Oftewel: niet dat onbehoorlijk overdrevene, want nutteloze. Al is dat soms lekker. Maar dan waar het bij deze auto’s om gaat: die extra ruimte achterin. Misschien is het dus goed als u de technische gegevens van beide auto’s nu even bekijkt. Dan is allereerst te zien dat de Jag overall twee centimeter langer is dan de Benz, maar ook vier centimeter lager! Over ‘coupé-uiterlijk’ gesproken. En dan is daar die zo belangrijke wielbasis. Bij de XJ meet die 317 centimeter tegen iets meer dan 300 centimeter van de S500. Hetzelfde qua beenruimte: 112 centimeter voor de Jag-passagier tegen 87 centimeter voor de Benz-achterzitter. Kortom: de Brit is langer en lager dan de Germaan, maar qua raison d’être van beide auto’s, dus de extra zitruimte achterin, wint hij het ook. Al blijft het de vraag of het ultralimousinegenot gezocht en gevonden moet worden in die laatste centimeters.

Woedend vibrerend

Vast staat dat beide auto’s een enorme levensruimte achterin bieden. En over ‘winnen’ gesproken (overigens onzin): de Mercedes-Benz is absoluut heer en meester qua uitrusting. Onze testauto bezit een zogenaamd ‘Designo’-interieur, waarbij dus ander, zacht leer is gebruikt. En wel zo ongeveer overal. Maar ook zijn er airconditioninguitstroomopeningen op de gekste plekken, zoals in de rugleuningen van de voorstoelen. Voor warmte of juist koelte onder de gordel annex het kruisbereik. A propos stoelen en zetels: alles is elektrisch verstelbaar. Ja, vooral ook achterin. U kunt de zaak in zonnestand zoemen, de murw geplette billen en rug laten masseren, maar ook bijvoorbeeld verwarmen dan wel koelen. Intussen kijkende naar hetzij video, televisie, dan wel internet. En dan is er die ongelooflijke muziekinstallatie van Bang & Olufsen (en gek genoeg dus geen Harman Kardon, zoals in alle andere Benzen), waarlangs alle boordmedia werken. Klinken. Nu we het toch hebben over uitrusting; de S500 Lang zit vol. Helemaal mudvol. Afgeladen. Met alles. En als je over de schok heen bent van de aanwezigheid van Night Vision infrarood zichtassistentie, Lane Departure Warning met zelfingrijpend stuur en remmen, een daarom woedend vibrerend stuurwiel, sfeerverlichting met naar wens steeds andere kleuren, een dubbel glazen panoramaschuifdak, elektrische gordijnen en muggenhorren, dan ben je er nog niet. Want de S500 Lang blijkt ook nog een AMG-sportpakket te bezitten met van allerlei heerlijks op het gebied van brutale velgen en dergelijke. En oh ja: een Active Body Control met Godbetert ‘zijwindstabilisatie’.

Zinvol

Dat is bij de Jaguar XJ LWB allemaal van mindere ernst. Lees: meer real world. Wat u hier moet zien als ‘zinvolle superluxe’. Het gekscherend bedoelde ‘viezige’ van de Benz zul je in de Jaguar tevergeefs zoeken. Onze auto bezat dan wel geen beeldschermen achterin, maar dergelijke multimediale zaken zijn natuurlijk wel verkrijgbaar. En zo’n dikke muziekdoos heeft hij ook. Net als in de Benz zelfs eentje met een geluidssterkte van 1.200 Watt. Waarmee de auto door de ontzaglijke luchtverplaatsing van de geluidsgolven bijna vanzelf zou kunnen rijden, zeg maar. Hier van het merk Bowers & Wilkins. Een zogenaamd ‘Premium Surround System’, dat anders dan wij twee edities eerder van dit merk beweerden (Aston Martin V8 Vantage N420 versus Jaguar XKR SC) juist door het ruime compartiment van deze XJ LWB van een ongenadig goede geluidskwaliteit is. Jawel! Verdwenen zijn de gouden dagen van Philips, Blaupunkt, Sony, Becker (!) en wat dies meer zij. Waar hebben die het toch laten liggen? De Jaguar XJ-serie biedt domweg geen elektrische verstelling van de achterbanken. Wel verwarming en koeling daarvan. En trouwens ook een four-zone airco. En achter- en zijruithorren. Let vooral op de term ‘banken’. Want in tegenstelling tot bij de S500 Lang met zijn geprononceerde fauteuils zijn de achterplaatsen in de Engelsman vlakker. En incidenteel dus waarschijnlijk beter ‘propbaar’ met meer dan twee achterzitters. De Jaguar biedt sowieso de meeste en ook qua gevoelsemotie grootste zitruimte achterin. Niettegenstaande de dus lagere daklijn. Die overigens wat ons betreft het geborgenheidsgevoel versterkt. En over sfeerverlichting met kleurkeuze gesproken: ook dat heeft de XJ niet, maar wel het allermooiste en meest artistieke binnenlicht dat maar te verzinnen en hébben is: fosfor blue. Jaguar zelf noemt het coolness like in a lounge-restaurant. Wij zouden liever de (cockpit-?) ambiance van zo’n peperdure Learjet of Gulfstream als associatie aanvoeren. En anders maar meteen een geheim space centre. Zowel de Mercedes als de Jaguar maakt overigens gebruik van – over straalvliegtuigen en ruimtecentra gesproken – ingestraalde en daarmee virtuele dashboards. De klokken en meters die u ziet, zijn lichtbeelden. Bij de Jaguar overigens veelal via touchscreen bedienbaar. De Merc heeft een grote toverdraaiknop á la de iDrive van de vrienden in München.

Stichtelijke boodschap

Maar nu waar het om gaat: rijden! Zowel Mercedes als Jaguar levert deze topmodellen met zescilinder, al of niet als diesel. Maar onze testmachines, dus de auto’s die er werkelijk toe doen, bezitten een zware V8. De S500 in dit verhaal zelfs een – het is al gezegd – downsized ‘BlueDIRECT’ biturbo V8 van nog net geen vijf liter. Die niettemin 435 paarden sterk is, bij een met recht verbijsterend koppel van 700 Newtonmeters vanaf 1.800 toeren! Kleiner, schoner, zuiniger en toch sterker! Wat fijn dat klein zo gezond kan zijn. Daar kan Jaguar niet tegenop, nee. Met zijn weliswaar vier bovenliggende nokkenassen, maar intussen in de grond vet-Amerikaanse slugger, die met zijn vijf liter slagvolume in feite ook nog ge-downsized is vanuit een groter blok voor de Amerikanen, ramt de Jag er onder uitstoot van een hartverwarmende beat evengoed 385 paarden uit. En een koppel van 515 Newtonmeters. Zonder compressor, al is er een SC-uitvoering leverbaar. Maar vooruit, laat CARROS nu eens niet achterblijven met de Stichtelijke Boodschap: de ‘gezonde’ Mercedes-motor gebruikt gemiddeld 10,4 liters op honderd kilometers, blaast daarbij zachtkens 219 gram CO2 per kilometer onze immers toch al zo gevaarlijk geteisterde atmosfeer in. De Jaguar consumeert een schandelijke 11,3 liters, en braakt de volgens velen schrikbarende hoeveelheid van 264 grammen CO2 per duizend meters uit. Alle gekheid op een stokje: het zit natuurlijk andersom. Dergelijke kastelen van auto’s met zulke machinerieën, en dan toch zo zuinig. Een wonder. Vooruit, de Benz wat wonderlijker dan de Jag. Genoeg hierover nu.

Surrealistisch

Kijk naar de rijfoto’s: de Mercedes S500 Lang ‘tekent’ niet. Een term uit de wereld der jacht en visserij. Want hoe zacht of hard je ook met de auto rijdt: het is niet te zien. Zijn lijden is onzichtbaar. En als bestuurder of passagier dus ook onvoelbaar. Met dat als zwart ivoor glanzend gepolijste stuurwiel verderlicht draaiend onder je vingertoppen of in je handpalmen. De auto gáát eenvoudig. Leunt, rolt, duikt nul. Zero. Totale isolatie. Het ganse onderstel van deze auto, inclusief diens besturing en zelfs versnellingsbak, zitten in één groot elektro-hydraulisch web van door talloze sensoren en computers bepaalde samenwerkende systeemfuncties. Zinloos om daar eindeloos op in te gaan, maar wel verduiveld knap, echt feilloos werkend, natuurlijk met name onder excessieve omstandigheden. Hooguit zorgt de 7G-Tronic Plus versnellingsbak met zijn meervoudige platenkoppelingen (á la een motorfiets, hoera!) voor enig spektakel door de veelheid aan klein-krachtige acceleraties, naar uiteindelijk het hoogste verzet. En inderdaad ook dat heel in de verte blèrken van een dan hard presterende Biturbo-V8. Door het surrealistische van dit alles is het evengoed een soort van sensationeel. En dan de Jaguar. De foto’s tonen nu een weldegelijk zwaar tekenende auto. Overigens in exact dezelfde bocht, waar we ook de Mercedes knipten. Namelijk een haakse, waar we met zeker 90 per uur instuurden. En voluit uittrapten. De lange XJ LWB bezit evengoed een zelfwerkzaam onderstel, met elektronisch aangestuurde, maar intussen wel conventionele olie-/gasveerpoten. ‘Adaptive Dynamics’ heet het hier. Er kan net als in de Benz, via een ‘Jaguar Drive Control’, gekozen worden voor een scala aan gedragswijzen. Van comfortabel naar semi-supersport met ‘TRAC’-stand aan toe. Waarbij de Sequential Shift ZF-zesbak (hier met koppelomvormer) uiteraard overeenkomstig mee verandert. En natuurlijk idem de mate van ingrijpen van de stabiliteitscontrole. Die overigens – anders dan in de S500 – helemaal uitgeschakeld kan worden. Onmiddellijk voelt u wat we willen zeggen, nietwaar? De Jaguar XJ is een rijdersauto! De gulle en lekker royale klappen van de V8 met zijn loszittende vermogen, niet te vergeten het bijzondere geluid vanwege een andere ontstekingsvolgorde dan in de Merc, en zeker ook Het Voelbare Rijden. Waarbij grip en wegligging van absurd hoge orde zijn. Want het is ongelooflijk wat je met deze auto uit kunt halen. Desnoods met geheel uitgeschakelde wegliggingsystemen. Je gaat eenvoudigweg met echte blijdschap in de Jaguar zitten. De wetenschap zozeer bewonderd te worden, zeker ook de persoonlijke wens om je te vereenzelvigen met zijn prachtige verschijning, maar vooral door de intussen ook, tja, heerlijke manier van rijden. Een keus maken is niet moeilijk. En valt wederom dus al even klassiek uit. De warmte, emotie en echtheid van de Jaguar, nu ook door die heel bijzondere avant-gardistische carrosserievorm, waardoor je zelf bij wijze van spreken iets bijzonders wordt, is door de veel formelere, statigere en stijvere Benz niet te evenaren. Toen niet, en nu weer niet. Al is de Mercedes in kwalitatief opzicht waarschijnlijk beter, en in basisuitvoering bovendien 13 mille goedkoper. Wat trouwens in deze hoek van de autowereld minder telt. Tekst: David Bakels Fotografie: Ingmar Timmer
Jaguar XJ 5.0 Long Wheelbase Portfolio
Motor 5,0 liter V8-benzinemotor
Vermogen 385 pk/283 kW bij 6.500 tpm
Koppel 515 Nm bij 3.500 tpm
Transmissie ‘Sequential Shift’ automatische zesbak met koppelomvormer, achterwielaandrijving met sperdifferentieel
L x b x h in cm 525 x 211 x 145
Gewicht in kg 1.773
0-100 in sec. 5,7
Top in km/h 250 (begrensd)
Gem. verbruik in l/km 11,3
Gem. CO2-emissie in gr./km 264
Prijs in euro exclusief opties 148.000
Mercedes-Benz S500 BlueDirect Lang
Motor 4,7 liter V8-turbobenzinemotor
Vermogen 435 pk/320 kW bij 5.250 tpm
Koppel 700 Nm tussen 1.800-3.500 tpm
Transmissie Automatische 7 G-TRONIC PLUS zevenbak met meervoudige plaatkoppeling
L x b x h in cm 523 x 212 x 148
Gewicht in kg 2.075
0-100 in sec. 5,0
Top in km/h 250 (begrensd)
Gem. verbruik in lit./km 10,4
Gem. CO2-emissie in gr./km 219
Prijs in euro’s exclusief opties 134.900

Volg @CARROS.CARSMAGAZINE voor de vetste auto content, nieuwtjes en meer