“Formule 1 zonder één euro steun, dat is best bijzonder”

Nog even en dan gaat – als het coronatechnisch meezit – op Circuit Zandvoort de gelijknamige Grand Prix van start. Na 35 jaar is de Formule 1 terug op de renbaan in de duinen. De organisatie ervan was een uitdaging van de eerste orde. Dat het is gelukt, is volgens sportief directeur Jan Lammers een hoogstandje op het gebied van ondernemersrisico en lef, zegt hij in gesprek met Guus Peters.

Op het natte asfalt bereiken talloze BMW’s hun maximale sliphoek, soms gaan ze er sissend en tollend eroverheen. Jan Lammers - oranje polo, open blik, beweeglijk en makkelijk formulerend als altijd - bekijkt het met een half oog vanaf het balkon van Slotemakers BMW Driving Experience, zoals de befaamde antislipschool van zijn leermeester Rob Slotemaker tegenwoordig heet. We zoeken een tafeltje voor een gesprek met de sportief directeur van de ras naderende Grand Prix van Zandvoort, van 3 tot en met 5 september op het circuit dat we in de verte kunnen zien liggen. Lammers moet even graven in zijn geheugen bij de vraag naar hoe het podium er na de laatste Formule 1-race in 1985 uitzag. “Ik weet dat Lauda toen won. Maar de rest? Prost, ongetwijfeld. En derde, wie zou dat geweest zijn? Senna ?” Helemaal goed; er stonden toen drie - al dan niet latere - wereldkampioenen op het podium.

Je bent naast sportief directeur ook woordvoerder van de organisatie. Maar valt er nog veel woord te voeren?
“Dat woordvoerderschap komt in hoofdzaak voort uit de oorsprong van de organisatie. Het bedrijf Dutch Grand Prix heeft drie pilaren: Circuit Zandvoort uiteraard (met Bernhard van Oranje en Menno de Jong), daarnaast hebben we TIG (‘This is Golf’) Sport (KLM Open, Invictus Games, WK Shorttrack) en SportVibes, organisator van grote sport- en muziekevenementen, zoals de Red Bull Knock-Out Strandrace (de vroegere Veronica Strandrace) en de Dam tot Dam-loop. Die drie bij elkaar vormen de organisatie van de, voluit, ‘Heineken Formula 1 Dutch Grand Prix’. Het leek hen goed om één woordvoerder te hebben. En dat werd ik, omdat ik in Zandvoort geboren ben, Formule 1 heb gereden, in het bestuur zat van het circuit en m’n eigen raceteams had. Het is een superleuke job.”