In haar jaarlijkse Elektrisch Rijden Monitor kijkt de ANWB hoe de elektrische auto het doet in Nederland. Dit zijn de belangrijkste bevindingen van de 2018-editie:
Nederlanders vinden elektrisch rijden best interessant blijkt uit de gegevens van de ANWB. Liefst 37 procent voelt wel wat voor een auto met een stekker. Maar massaal naar de showroom rennen is er niet bij; de meeste autobezitters –liefst 62 procent - vinden een elektrische auto nog te duur. Verder worden een beperkte actieradius en te weinig laadpalen als reden genoemd om geen elektrische auto aan te schaffen. Ook vinden Nederlanders dat er nog maar weinig gangbare elektrische auto’s zijn om uit te kiezen. Ongeveer 4 procent geeft aan dat ze binnen twee jaar wél een elektrische auto willen aanschaffen. Dat zijn nog altijd 400.000 Nederlanders. Vorig jaar gaf nog 3 procent aan een aanschaf te overwegen. Van de groep geïnteresseerden – de genoemde 37 procent – geeft 42 procent aan wel een elektrische auto te kopen binnen nu en vijf jaar.
Voldoende laadpalen
De ANWB keek ook naar hoe de elektrische auto zich verhoudt tot de conventioneel aangedreven auto. Het merkt op dat de elektrische auto nog fors duurder in de aanschaf is, maar dat de verschillen teruglopen. Vorig jaar was een elektrische auto gemiddeld 10 procent duurder en dit jaar nog slechts 6 procent. De prijs per kilometer voor de elektrische auto bedraagt volgens de ANWB 55,6 cent, terwijl een benzineauto per kilometer 52,4 cent kost. Ook ziet de wielrijdersbond dat de gemiddelde actieradius van een meer betaalbare elektrische auto (prijsklasse 36.000-47.000 euro) inmiddels 267 kilometer bedraagt. Een ander aardig weetje uit de Elektrisch Rijden Monitor; Nederland telt ongeveer 36.000 EV’s en zo’n 38.000 publieke laadpalen. Een kleine duizend daarvan zijn snelladers.