Oké, het was dan niet 6 juni (zoals D-Day), maar 7 juni. De dag waar ik járen naartoe heb geleefd. De dag dat ik eindelijk twee auto’s met elkaar kon vergelijken die als dag & nacht verschillen, maar die exact dezelfde adrenaline-junkies bedienen voor min of meer hetzelfde geld.
Ik zal het maar meteen opbiechten: dit verhaal gaat in goed overleg met de hoofdredactie eigenlijk vooral over mijzelf. Over welke auto ik na alles waarmee ik in mijn leven reed eventueel nog zou willen rijden. Om van te genieten, totdat écht autorijden een misdrijf wordt. Heel lang dacht ik dat het wellicht een Donkervoort zou moeten zijn. Een pure machine, ontwikkeld en gebouwd door nuchtere, authentieke Nederlanders met licht maniakale trekjes. Dat was al zo toen ik begin negentiger jaren voor de Wereld op Wielen-uitgave Autogids Magazine een Donkervoort testte, waarin toen voor het eerst een Zeta-blok van Ford was gelegd. Zeta-Zenith stond er boven het artikel dat ik erover schreef, omdat ik vond dat dit het allerhoogste was dat je met een Ford-motor kon bereiken.
Straatlegaal
Een paar jaar later reed ik een race in de Donkervoort Cup met een auto waarin een Cosworth motor met dikke turbocompressor lag. Ik eindigde ermee op het podium. Het ding was ‘een hand vol’, zoals dat heet en dat is een Donkervoort feitelijk nog steeds. Of misschien wel meer dan ooit. Wie thans een kwart miljoen aan Denis Donkervoort (de zoon van Joop, met dezelfde bevlogenheid als z’n vader) overmaakt teneinde zo’n raket op wielen van een gele nummerplaat te voorzien, kan zich verheugen op een helse machine die een adrenaline-kick veroorzaakt waarvoor je bij andere fabrikanten een miljoen of nog veel meer kwijt bent.
Maar het gaat niet alleen om de kick van het letterlijk en figuurlijk hard gaan. Het hele idee van een Donkervoort is dat je een sensationele, maar straatlegale auto koopt waarmee je naar een uitdagend circuit kunt rijden om aldaar volledig aan je gerief te komen, en dat je daarna via een mooie route en een fijn restaurant huiswaarts keert.
Lees verder
Het gehele artikel en nog veel meer foto’s kunt u teruglezen in CARROS Magazine nr. 5/2022. Nooit iets missen? Neem nu een extra voordelig jaarabonnement (8 nummers).