De afgelopen jaren zijn veel nieuwe automerken opgestaan, die allemaal met elektrische modellen de markt willen bestormen. Allemaal? Nee, één nieuwkomer ziet markt voor een ietwat rudimentair model uit de vorige eeuw met benzine- én dieselmotor.
Tijdens ons drie dagen durende verblijf in Schotland en Engeland was het guur en winderig. Het goede nieuws was dat we maar één bui tegenkwamen; het slechte nieuws was dat deze drie dagen duurde. Kortom: perfecte omstandigheden om een echte terreinwagen te testen. We hotseklotsten door uitgesleten modderpaden, beklommen obstakels in een leisteengroeve en reden onder leiding van een zogeheten ‘Kings Guide’ over half drooggevallen wadden langs de westkust van Engeland.
De auto waarmee we dat deden was een Ineos Grenadier, die er vooral is gekomen dankzij een paar oude mannen die na een paar biertjes in de kroeg werden overvallen door gevoelens van boosheid en nostalgie. En niet alleen zij, want toen Land Rover de Defender omtoverde van een klassiek werkpaard tot een lifestyle-luxepaard, stonden liefhebbers op hun achterste benen. Hoe durfde het Britse merk zijn iconische model om te vormen tot een auto die je hooguit in de stadsjungle zou kunnen gebruiken? De nieuwe Defender was immers een soort Discovery met terreinwagen-opzetstukken: een marketingtruc op wielen en nog veel te duur ook.
Lees verder
Het gehele artikel en nog veel meer foto’s kunt u teruglezen in CARROS Magazine nr. 2/2023. Nooit iets missen? Neem nu een extra voordelig jaarabonnement (8 nummers).